Cycli
De hele creatie is gebaseerd op dualiteit. Alles in ons leven heeft zijn tegenpool. Feitelijk bestaat het leven voornamelijk uit het heen en weer bewegen tussen beide polen. Uitgemeten over de tijd levert dit een golfmodel op. Neem leven en dood. Je wordt geboren, groeit op, stabiliseert in je ontwikkeling tussen je 30e en je 40e en na de midlife-crisis takel je langzaam af, je sterft. De spirituele ontwikkeling lijkt wel een tegengestelde beweging. Als je geboren wordt heb je nog verbinding met je Hogere Bewustzijn en langzamerhand zak je meer in de materie, meer in de persoonlijkheid en raakt het contact met je Hogere Zelf grotendeels verloren. Als je eenmaal gesetteld bent (huisje, boompje, beestje) en vooral in de tweede levenshelft als je je gaat afvragen of dit nou alles is, komt er vaak een verdiepte interesse in spirituele zaken.
Uiteraard zijn dit generalisaties en is de levenslijn niet voor iedereen, eigenlijk voor niemand, zo mooi sinusvormig, maar in de meeste gevallen zal dit patroon in grote lijnen zichtbaar zijn.
Dit soort cycli is zowel op macro– als op microschaal te vinden. Het hele heelal functioneert op een cyclische beweging, maar ook het dag– en nachtritme is er een exponent van.
De seizoenswisselingen vormen een mooi voorbeeld van een steeds terugkerend patroon van opgang en weer neergang, van leven en dood. In de lente worden de jonge dieren weer geboren en springen de bloemetjes uit de grond tevoorschijn. De zomer is de tijd van rijping om vervolgens in de herfst geoogst te kunnen worden. Daarna volgt het afsterven en de stilte van de doodse winter.
De winterblues
De winterblues is voor veel mensen geen onbekend verschijnsel, net zomin als de voorjaarsschoonmaak (het opruimen van oude troep om zo plaats te maken voor nieuw leven).
Ook bij mezelf merk ik, de laatste jaren, duidelijk het ritme van de natuur. Waar ik voorheen nogal stoïcijns was en me feitelijk het hele jaar door op dezelfde manier gedroeg, ben ik me nu veel bewuster van de schommelingen in mijn gemoed en daar ben ik nog blij om ook. Blij zijn in de winter, bijna een contradictio in termini. Feitelijk is de hele maatschappij nogal stoïcijns ingericht en met de introductie van de 24-uurseconomie is dat alleen nog maar erger geworden. De natuurlijke schommeling tussen rust en activiteit wordt op deze manier verstoord, alhoewel ik het ook wel weer erg makkelijk vind dat er avond– en weekendwinkels bestaan. Ik kan me nog herinneren dat ik als kind en ook als puber en jong-volwassene een hekel had aan de zondag. Er was ‘nergens niks’ te beleven en op tv waren alleen maar zouteloze programma’s. Nu ik wat ouder ben zie ik het nut van (die) rustperiodes veel meer in, sterker nog ik heb er echt behoeft aan, zij het niet noodzakelijkerwijs op de zondag.
Ik denk dat wat dat betreft het begrip stoïcijns ook vaak verkeerd begrepen wordt. Stoïcijns zijn betekent niet het niet tot tonen van enige emoties, een pokerface opzetten. De ware betekenis van het stoïcijns zijn is hem gelegen in het feit dat je de schommelingen in je gemoed accepteert zoals ze zijn en ze waardeert voor wat ze zijn zonder er helemaal in meegesleurd te worden.
Ook deze winter merk ik dat de invloed van het seizoen weer toeslaat. Ik merk dat ik me in mezelf aan het terugtrekken ben. Hoe lang dat deze keer zal duren en hoe diep het dal zal zijn zal nog moeten blijken. Het is al eens gebeurd dat ik 9 maanden in die wat mineur stemming bleef hangen, maar het is ook wel voorgekomen dat ik er met 2 maandjes vanaf was. Ook de diepte van de verstilling varieert nogal. Van wat teruggetrokken tot behoorlijk depressief.
Ergens in de loop van het voorjaar of begin zomer voel ik de levenskracht weer terugkeren en voel ik me beter dat ooit tevoren. Hieraan merk ik ook dat ik groei. Iedere keer dat ik weer uit het dal kruip merk ik ook duidelijk dat er weer iets uitgewerkt is. Hoe dieper de crisis des te meer is er uitgewerkt. Teruggetrokkenheid en ook depressiviteit hebben dus een doel, zijn zelfs uitermate nuttig, hoe moeilijk dat ook te doorvoelen is als je in die put wegzinkt. Het wordt pas een probleem als je niet meer uit dat dal kunt klimmen en in de depressiviteit blijft hangen.
Het is elk najaar (of soms pas aan het begin van de winter) weer vervelend om te ontdekken dat ik afglijd. Loslaten is nooit makkelijk en in feite is dit een loslatingsproces, een stervensproces. Een heel natuurlijk proces ook. Het leert je omgaan met dood en loslaten, waar je die ervaring niet hebt als je je niet openstelt voor deze schommelingen. Dan loop je er tegen het eind van je leven des te harder tegen aan.
Ondanks dat ik heel goed besef wat het nut is van deze gemoedsschommelingen en dat het gewoon bij het leven hoort, verzet ik me er ieder jaar toch weer tegen. Ik vind het gewoon heel vervelend om te merken dat ik teruggetrokkener, stiller, introverter en ook angstiger, nerveuzer en melancholischer word. Het beïnvloedt ook mijn gezin en mijn contacten met mensen om me heen. Ik ben minder communicatief, soms zelfs ronduit afwerend.
Natuurlijke beweging
Toen ik eens mijn gemoedstoestand probeerde te omschrijven kwam er tot mijn verbazing iets anders uit dan ik verwacht had. Ik realiseerde me namelijk de natuurlijkheid van dit proces. Ik besefte hoe fundamenteel en noodzakelijk het is om in deze periode wat introverter te zijn dan ’s zomers. De winter is de tijd van dood en terugtrekking en dat moet ook zo zijn. Het heeft niet zo zeer met slecht in mijn vel zitten te maken als ik wel dacht. Het is gewoon een heel natuurlijk proces van terugtrekking, om zaken uit te werken om daarna weer met nieuw leven en nieuwe vreugde naar buiten te komen. Rationeel wist ik dit wel, maar nu door voel ik dat ook zo en juist dit innerlijk doorvoelen zorgt ervoor dat er een last van mijn schouders valt. Ik hoef er niet tegen te vechten, sterker nog ik mag het verwelkomen als een mogelijkheid om weer nader te mezelf te komen. Feitelijk is het een geschenk.
De crux zit ‘em er in dat ik het stoïcisme in zijn ware betekenis moet toepassen. Daarmee bedoel ik dat ik niet mee moet gaan richting depressiviteit, maar de verstilling moet accepteren zo die komt. Er met liefde naar kijken in feite. En dat is nu juist wat mij de verlichting geeft van mijn mineur stemming. Het accepteren dat deze schommeling zo hoort te zijn en het zien als een uitdaging, een mogelijkheid om contacten anders aan te gaan. Waar ik gewend ben om (voor een deel) uit contact te gaan en me af te sluiten, is nú juist de uitdaging om in contact te blijven, maar wel een contact met een andere ‘kleur’. De ‘ontmoeting’ heeft in ieder jaargetijde zijn eigen kleuring. In de lente enthousiast en levendig, in de zomer zwoel en warm, in de herfst knus en knuffelig en in de winter verstild en begripvol. Tarot kaart 2, de priesteres van de zilveren ster, geeft deze gemoedstoestand heel mooi weer. Veel diep donkerblauw, de kleur van het de Saundaryai Lahiri, the Ocean of Beauty, het onderbewuste. Blauw de kleur van ontvankelijkheid, een vrouwelijke kleur, receptief. Het diepblauw van stromend water, zoals het haar van de priesteres dat overgaat in stromend water (als je de ‘goede’ Tarotserie gebruikt tenminste). De kleur van het contact in deze periode is dus navenant. Minder fysiek gericht, minder emotioneel, meer vanuit begrip, gemoedelijkheid, elkaar begrijpen zonder dat er veel woorden nodig zijn, haast meditatief. De Dhyana Mata, de moeder van meditatie, beweegt zich niet voor niets in een eveneens donkerblauwe zee.
Juist dit besef van de andere mogelijkheden tot contact geeft mij zo’n vreugde, alsof er een nieuwe dimensie voor me opengaat. Hoe spijtig is het dat de maatschappij niet de ruimte biedt tot het doorleven van deze verstilling, dat zoveel mensen niet de fundamentele goedheid van deze terugtrekking begrijpen, dat deze gift van God en de vele mogelijkheden die de ‘verkleuring’ in het contact bieden niet op waarde geschat worden. Lang leven de Winterblues!!!

2001
P.S. ten tijde van dit artikel (2001) zat ik behoorlijk anders in mijn vel dan nu (2017). Ik zat nog vrij voor in mijn psychologische- en spirituele ontwikkeling die in 1997/98 begon. Toen ik deze tekst herlas kon ik meer eerlijk gezegd niet eens herinneren dat ik die geschreven heb en het was best wel verrassend om te ontdekken hoe ik het toen beleefde. De golfbewegingen in de natuur en in het leven zijn er inderdaad, maar van winterdepressie heb ik niet echt last meer. Vroeger zag ik er erg tegen op als de dagen weer korter werden, maar dat heb ik nu niet meer zo. Wel vind ik het fijn als het voorjaar weer aanbreekt en duurt de winter me net even te lang, dus een lichte schommeling is er nog wel; ik denk dat iedereen die wel zal hebben. Het is ook een heel natuurlijke schommeling.
Wil je op de hoogte gehouden worden van nieuwe blogs?
Klik dan op onderstaande link (daarmee geef je toestemming dat deze gegevens worden opgeslagen).
[activecampaign form=1]
Publicaties
Dit artikel is eerder gepubliceerd in een vakblad of e-zine. De categorie ‘publicaties in vakbladen en e-zines’ vormt een historisch archief en is ook zo bedoeld. De inhoud weerspiegelt waar ik toen stond (zie blad en datum bovenaan het artikel) en het hoeft niet noodzakelijk mijn huidige visie te weerspiegelen. Ik ben sindsdien immers ook weer een stuk verder in mijn ontwikkeling.
0 Reacties